Onderstaande rasstandaard is vrij abstract. Irene van cattery Batifoleurs heeft er een interpretatie van het type gegeven die veel duidelijker is.

De Bengaal


Rasstandaard Tica 2001

Het doel van het fokken van de bengaal is een gedomesticeerde kat met het uiterlijk van zijn wilde voorouder. De voorkeur wordt gegeven aan die dieren, die qua bouw en aftekening verschillen van andere rassen.

Kop
In verhouding tot het lichaam een tamelijk kleine kop met afgeronde lijnen; de kop is langer dan breed. De kop heeft een brede afgeronde wigvorm met breed snuitje met goed ontwikkelde snorhaarkussens; hoge jukbeenderen en stevige kin. Lange brede neus, die doorloopt tot boven de ogen en zonder welving overgaat in een afgerond voorhoofd, De neus op zich vertoont een lichte concave lijn.

Oren
Vrij kleine feitelijk korte oren met afgeronde toppen, die breed aan de basis zijn en wijd geplaatst, de lijnen van de kop voortzettend. Ze wijzen iets naar voren. Pluimpjes op de oren zijn ongewenst.

Ogen
Grote ovale bijna ronde ogen enigszins schuin geplaatst wijd uit elkaar.

Nek
Lang en stevig gespierd, fors ten opzichte van de kop.

Lichaam
Lang en krachtig met een oplopende ruglijn. Het lichaam mag niet oosters of semi-oosters van bouw zijn.

Poten en voeten
Zeer stevige goed gespierde middellange poten met grote ronde voeten. De achterpoten zijn langer dan de voorpoten. Stevige botstructuur.

Staart
Middellange staart, vrij dik, vol en goed gesloten, naar de punt toe smaller wordend en rond eindigend.

Vachtstructuur
De vacht is kort, dik, vol en goed gesloten. Hij voelt ongewoon zacht aan.
Langere vacht bij kittens toegestaan.

Diskwalificatie
Agressief of onhandelbaar gedrag.

Niet toegestaan
Verticale strepen.
Ronde oestervorm bij marbles (zoals bij de marble britse korthaar).
Verschil in kleur tussen points en lichaam bij sneeuwbengalen.

Aftekening
Bij bengalen onderscheiden twee basis patronen: het spotted patroon en het gemarmerde patroon.
Het spotted patroon bestaat uit ronde of driehoekige vlekken, die willekeurig of horizontaal geplaatst zijn. De voorkeur wordt gegeven aan rozetten: rondom een duidelijk lichter, warmer centrum gegroepeerde vlekjes of speerpunten of dougnutvormige aftekeningen of samengeklonterde vlekken, het liefst in twee kleurschakeringen.
Pluspunten zijn: een keelband; een witte borst en witte buik met aftekening; spots op de poten en spotten of rozetten op de staart.
Het gemarmerde patroon bestaat uit brede strepen met afwijkende oestervorm, die hoekig is en daardoor de indruk van een horizontaal patroon geeft. De buik is gespot. Katten met drie of meer tinten (de grondkleur meegerekend) genieten de voorkeur.

Kleur
Bengaal black tabby (brown tabby).
De bengaal is genetisch een zwarte kat met een uitzonderlijk hoge graad van rufisme. De zwarte kleur vertoont alle nuances van zwart tot warm lichtbruin (cinnamon) Een diepwarme grondkleur verdient de voorkeur, variërend van geelbruin tot warm-abrikoos.
Over de hele vacht kan een gouden gloed liggen (glitter, dit is een gewenste vorm van ticking). De oogkleur is niet belangrijk de intensiteit wel. Voetzolen en staartpunt: zwart

Sneeuwbengalen
Sneeuwbengalen hebben een spotted of gemarmerd patroon. Bij alle kleuren en patronen is de aftekening scherp omlijnd met een zo groot mogelijk contrast.
Ze worden onderverdeeld in:
Seal lynx point (met twee genen voor siamees).
Seal tabby (met twee genen voor burmees), oogkleur goud of groen, staart punt zwartbruin.
Mink tabby (met gen voor siamees en gen voor burmees), oogkleur aquamarijn (blauwgroen) staartpunt zwartbruin.



Bron: Bengalen babbels 1- 2002 het blad van rasclub Neobengalen

Counter